St. Augustinuskerk glas-in-lood H.Geest

Fiat voluntas tua, sicut in cælo et in terra

Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel

De titel van de overweging

Doop van de Heer

De kerk neemt voor veel verhalen de tijd, maar in de liturgie zet ze er de vaart in. Nog maar net kerstmis gevierd en Jezus’ geboorte herdacht, of we gaan vandaag ineens dertig jaar verder. De geboorte van Jezus wordt gevolgd door drie Openbaringen. De eerst keer via de sterrenkundigen uit het verre Oosten, de tweede maal bij de Doop van Jezus door Johannes de Doper in de Jordaan en we sluiten het feest van de Openbaring af op 2 februari, het feest van Maria Lichtmis. Dan is de kersttijd voorbij.

Bij de tweede openbaring, gaat het over de doop van Jezus in de Jordaan. Lucas besteedt trouwens maar twee zinnen aan Jezus’ doopsel door Johannes. Velen lieten zich in die tijd dopen, en Jezus was daar ook bij. Na zijn doopsel begint Jezus te bidden, Tot op dat ogenblik was Hij juist als alle anderen die gedoopt werden.

Jezus valt niet eens op. Lucas zegt: Hij werd gedoopt zoals vele anderen gedoopt zijn. Maar als Jezus na zijn doop gaat bidden, verandert dat. De hemel gaat voor hem open, de heilige Geest gaat over Hem neer in de gedaante van een duif, en er komt een stem uit de hemel, die zegt: jij bent mijn zoon, mijn welbeminde, in jou heb ik mijn welbehagen gesteld! Jezus laat aan het begin van zijn openbaar leven zich in de rivier de Jordaan dopen door zijn neef Johannes. Dat weten we intussen wel. Maar wat vrijwel niemand weet is dat het leven van Jezus ook eindigt met een doopsel, want in Lucas 12:50 horen we, jaren nadat Jezus door zijn neef Johannes is gedoopt, Jezus zeggen: ‘Ik moet een doopsel ondergaan, en hoe beklemd voel ik Mij totdat dat is volbracht’. Jezus staat dan aan de vooravond van zijn lijdensweg. Maar er is een verschil tussen zijn eerste en tweede doopsel:

Ik kan het me goed voorstellen dat Jezus bij zijn tweede doopsel zei: ‘ik moet een doopsel ondergaan, en hoe beklemd voel Ik mij totdat het volbracht is’. Het eerste doopsel van Jezus kunnen we zien als een begin, dan weet je nog niet waar je leven naar toe gaat. Een belofte van trouw zonder te vermoeden wat die trouw gaat kosten. Een keuze vol enthousiasme, een liefdesverklaring zonder restricties, een priesterwijding in een stralende zon, een huwelijksdag met een geweldige bruiloft. Misschien mogen we ons eerste doopsel zien als het aanvaarden van een opdracht, zonder dat je precies weet wat die opdracht inhoudt. Vaak kiezen wij in het leven zonder dat wij daarvan de consequenties ten volle kennen. Maar je kunt niet ‘zomaar’ op je belangrijkste keuzes terugkomen.

De meesten van ons hebben in het leven een partner gevonden. En er zullen best wel momenten zijn waarop je zegt: ‘was dat een goede keuze? Maar het argument om terug te komen op deze keuze zal zwaarwegend moeten zijn. Terugkomen op een gemaakte keuze betekent tijdverlies, en meestal een stuk verloren leven. Zo hebben de meeste mensen gekozen voor een bepaald beroep. Je kunt op die keuze terugkomen, maar dat betekent een stuk verloren tijd. Je zult er zware argumenten voor moeten hebben. En natuurlijk denk je ook als priester weleens: ‘heb ik indertijd wel een juiste keuze gemaakt?’ Maar je moet zware argumenten hebben om op deze keuze terug te komen. Om het in Bijbelse taal te zeggen: ‘Als je een belangrijke keuze maakt, als je gaat trouwen of als je priester wordt gewijd, gaat er een hemel voor je open, dan krijg je de Geest.

Maar de tijd gaat verder en alles wordt dan weer zo gewoon. Iedere idealist is roekeloos. Je overschat bij je eerste keuze je eigen krachten. Dat is misschien ook bij Jezus het geval geweest. Maar ook Hij is niet op zijn keuze teruggekomen. Toen Hij later zei: ‘Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?’, kon Hij ook zeggen: ‘Vader, in uw handen beveel Ik mijn Geest.’ Johannes de Doper heeft Jezus leren kennen als een drager van Gods Geest. Uit Jezus' optreden heeft hij ervaren dat zijn neef Jezus altijd de daad bij zijn woord voegt. Hij heeft in Jezus een mens gezien die z'n schouders gezet heeft onder 't karwei dat God Hem heeft opgedragen. Hij wilde er zelfs zijn leven voor geven! Niet als een goedkope roman, maar als een mens die zich door Gods belofte gedragen weet.

Johannes raakt begeesterd. Hij raakt later enthousiast, laat zich meeslepen door het nieuwe begin. Ook voor Johannes was het 'n sprong in het duister. Hij leeft van de belofte van Jezus dat er een nieuwe wind kan gaan waaien, als we de last van dit leven sámen op onze schouders nemen. Gedoopt worden vraagt om keuzes. En die keuzes hebben hun consequenties. Jezus weet daar alles van. Hij heeft de lijdensbeker immers zelf gedronken tot de laatste druppel. Ook wij worden uitgenodigd om telkens weer opnieuw ons doopsel waar te maken – niet zozeer met woorden, maar met daden van gerechtigheid en vrede.

Ambro Bakker s.m.a.
Deken van Amsterdam