Fiat voluntas tua, sicut in cælo et in terra

Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel

RIJKE VRUCHTEN

rijke vruchten

Vanmorgen en de komende twee zondagen lezen we enkele gedeeltes uit de afscheidsrede van Jezus. Vandaag heeft Hij het over het beeld van de ‘Wijnstok en de ranken’. Jezus neemt vaak voorbeelden uit de natuur om ons duidelijk te maken wat de goddelijke liefde is. Het gaat om gewone dingen: brood en wijn, licht en vuur.

In het beeld van de ware wijnstok wil Hij ons duidelijk maken hoe wij met elkaar en God verbonden mogen zijn. Het evangelie van vandaag eindigt dan ook met de zin: ‘Als jullie in Mij blijven en mijn woorden in u blijven, vraagt dan wat u wilt en u zult het krijgen. Hierdoor wordt mijn Vader verheerlijkt dat u rijke vruchten draagt. Zo zullen jullie mijn leerlingen zijn (Joh.15:8)

Vroeg in het voorjaar heb ik eens een paar groene takjes meegenomen van een appelboom. Ik heb ze in een vaas gezet, maar er kwam geen bloesem aan de takjes. Ik had ze te vroeg afgesneden. Vlak voor de lente heb ik opnieuw een takje meegenomen. Daar kwam een prachtige bloesem uit, want het takje had langer kunnen profiteren van het voedsel van de stam. Maar er kwamen geen vruchten aan, want los van de boom had die tak geen enkele kans. Later stonden de bomen allemaal in volle bloei. De bloesem viel er al gauw van af, maar de vruchten kwamen, omdat ze met de stam verbonden waren.

Die werkelijkheid wilde Jezus ook uitdrukken in zijn parabel over de wijnstok. Maar Jezus voegde er nog iets aan toe. Hij zegt: ‘Die wijnstok ben Ik, en jullie zijn de ranken’. Ik weet niet of u weleens een wijnstok, die maar liefst 200 kilo druiven kan opleveren, goed hebt bekeken. Bij een andere struik zijn de takken duidelijk van de stam te onderscheiden en precies af te snijden en af te breken. Bij een wijnstok niet! Daar lopen de vezels van de stam over in de ranken. Stam en ranken zijn niet te onderscheiden: je kunt niet zeggen waar de stam ophoudt en waar de ranken beginnen. Zo onafscheidelijk wil Jezus blijkbaar met ons verbonden zijn.

Het kernwoord van de parabel is dan ook het woord blijven. Het komt vandaag acht keer in het evangelie voor. Blijf in Mij! Als korte hamerslagen worden die woorden in onze geest gehamerd: blijf in Mij! Dat is de voorwaarde om vruchten te kunnen dragen, want los van de Verrezen Heer kunnen wij niets, dan zijn we als dor hout dat nergens meer voor deugt dan om te worden weggeworpen. Dat blijven in Jezus gaat bovendien niet zozeer van ons uit, het is veel meer: je laten dragen door Hem. In Jezus blijven betekent ook dat je je openstelt voor elkaar. Het evangelie zegt ons je bent pas goed in elkaar verankerd, als je verankerd bent in de ware wijnstok, Jezus Christus.

Vrucht dragen is niet hetzelfde als succes hebben. Het woordje succes staat niet in de Bijbel. Geestelijke vruchtbaarheid is wat anders dan een goed inkomen en een goede baan. Op Goede Vrijdag was het succes meer aan de kant van Jezus' tegenstanders. Die paar mensen onder het kruis, dat kun je toch geen succes noemen! Toch heeft Jezus daar op het kruis honderdvoudige vrucht gedragen, omdat Hij verbonden bleef met zijn Vader. Zo gaat het er niet om dat wij de gelijkenis van deze liefdesparabel verstaan, maar dat deze parabel bij ons vlees en bloed kan worden, zodat wij van deze band met God kunnen leven en ons in Hem met elkaar verbonden weten.

In de eerste lezing uit het boek Handelingen gaat het over de lotgevallen van Paulus. Na de moord op Stefanus wordt hij een fanatieke vervolger van de eerste christenen. Hij vervolgt mensen die zich ‘de aanhangers van de Weg’ noemen. Aanhangers van de Weg van Jezus Christus. Vandaag horen wij hoe hij op weg is naar Damascus. Onderweg slaat de bliksem in en ontmoet hij ‘Jezus die jij vervolgt’ (Hand. 9:20). Drie dagen is Paulus van de kaart en door toedoen van Anasias wordt hij een ander mens. Hij bekeert zich en laat zich dopen. Tot verbazing van iedereen verkondigt hij in de synagoge dat ‘Jezus de Zoon van God’ is. Gevolg is ook wantrouwen. Dat is toch die man die de eerste christenen tot in de dood vervolgde? Maar het blijkt écht waar: door zijn ontmoeting met Christus is hij als rank onverbrekelijk verbonden met de Messias.

Een man als Paulus heeft ervaren dat de vruchten van zijn nieuw geloof eigenlijk de vruchten zijn van de stam, Jezus Messias. ‘Zonder Mij kun je niets’, zegt Jezus. Dan worden de levenssappen niet doorgegeven en droog je op en verdort. Als de rank geen voedsel ontvangt van de stam, dan komen er geen druiven aan de ranken. Dat is de dood in de pot. Proberen ook wij in ons geloof, in ons doen en laten, verbonden te blijven met de ‘Ware Wijnstok’. Dat ook wij rijke vruchten mogen dragen.

© Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor-deken RK Amstelland
Locatie: H. Augustinus