Fiat voluntas tua, sicut in cælo et in terra

Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel

ZO DOOF ALS EEN KWARTEL

kwartel

Van de week zei iemand tegen me: ‘Je bent zo doof als een kwartel!’ Voor mij een reden om wat te gaan googlen. Ik wilde weten of een kwartel écht doof is, Nu kan ik een misverstand uit de weg ruimen. Kwartels zijn helemaal niet doof. Het gehoororgaan van een kwartel is sterk ontwikkeld. Op grote afstand horen de vogels elkaars lokroep. Waarom we het dan toch over ‘dove kwartels’ hebben, heeft ongetwijfeld te maken met 't feit dat de wijfjeskwartel in de broedtijd tot op het laatste ogenblik op haar nest blijft zitten, ook als de mensen wel erg dicht in de buurt komen. Zij blijven hun kinderen tot het laatste toe beschermen en vluchten niet weg.

Dat kan de indruk geven dat kwartels slecht kunnen horen, maar het tegendeel is waar! Je zou ook kunnen zeggen dat kwartels eigenlijk ‘Oost-Indisch’ doof zijn. Deze vogels horen alleen wat zij willen horen. Wat dat betreft past de uitdrukking meer bij mensen dan bij kwartels! Want ook wij luisteren maar selectief en stoppen onze oren dicht als we iets niet willen horen. Dan zijn we niet alleen Oost-Indisch doof, maar ook blind en stom. We sluiten onze oren, ogen en mond. Dan zijn we zo doof als een kwartel en zwijgen als het graf.

Hoe zorgen we er voor dat de Blijde Boodschap ook in Amstelland de komende generaties blijft doorverteld? We weten dat er de laatste tientallen jaren veel gebeurd is in kerk en wereld. Kerk en wereld zijn veranderd. De wereld is rijker geworden, de kerken leger. Mensen die vroeger nooit een zondag oversloegen, kom je nu in het weekend niet meer tegen. Soms zijn we geneigd om dan met het beschuldigende vingertje te wijzen. Maar is het u wel eens opgevallen, dat als je met een vinger naar iemand wijst, dat er dan drie vingers in jouw richting staan? Daar zit een diepe symboliek achter. Driekwart van de verwijten die we hebben, hebben meer betrekking op onszelf dan op anderen. Zelf ben je - ieder van ons - verantwoordelijk voor de opdracht van Jezus om zijn Blijde Boodschap uit te dragen. En dan kunnen we wel wijzen op onze buurman of buurvrouw, maar nemen we zelf onze opdracht om van Jezus en zijn Koninkrijk te getuigen wel serieus?

Er is 'n koe van een waarheid: over vijftig, over tachtig, over honderd jaar is er niemand van ons nog in leven. Of het christendom er dan nog is, hangt ook van ons af. In het evangelie horen we dat Jezus zijn leerlingen op pad stuurt om er voor te zorgen dat zijn Blijde Boodschap volop in leven blijft. Veel bagage geeft Hij ze niet mee. Dat hoeft blijkbaar ook niet. Geen ingewikkelde theorieën over God. Ze krijgen alleen de macht mee over onreine geesten. Wat is dat? Een onreine geest is een slechte geest. En een slechte geest is een geest die het tegenovergestelde is van de geest van Jezus. We weten wat we daarmee bedoelen: als er sprake is van warmte in een parochie, in een gezin, in een bedrijf, dan is er sprake van een goede geest. En als er sprake is van ruzie en vijandschap, van het kruipen over elkaars ruggen en het staan op elkaars tenen, dan is er sprake van een slechte geest. En die slechte geest kunnen we verdrijven! Sommige mensen zijn droefgeestig. Dat is ontzettend ongezond. Wie die geest heeft, ziet alles negatief, verwacht altijd het slechtste, is steeds bezig met problemen, die er niet zijn en die wellicht nooit zullen komen. Dat is een onreine geest. Anderen daarentegen hebben een geest van optimisme, van vertrouwen. Van godsvertrouwen ook. En ik denk dat de twaalf leerlingen zoveel zieken konden genezen, omdat ze in staat waren die goede geest van God over te dragen.

Een slechte geest is ook een geest van egoïsme, van luiheid, van angst, van oneerlijk­heid, van schijnheiligheid, van harteloosheid. En ook over deze kwade geesten hebben wij de macht gekregen. Zo is er in ons eigen leven, en ook in het leven van iedere parochie, een strijd tussen de kwade en goede geesten. Over de kwade geesten heeft Jezus ons macht gegeven ze te verdrijven en uit te bannen. Pas als we in staat zijn om die bo­ze geesten uit onze wereld en uit ons leven weg te bannen, heeft 't christendom nog alle toekomst. Niet door voortdurend met een beschuldigend vingertje klaar te staan, maar door elkaar op de been te helpen en op de been te houden.

Zijn we voor deze boodschap zo doof als een kwartel en wijzen we met ons vingertje naar anderen? Jezus wijst ons dit weekend 'n andere weg. Het is de weg van de goede geest die in ons midden woont. En aan die goede geest, in ons gezin, in onze geloofsgemeenschappen, op ons werk, op school, mogen we zelf meewerken. Jezus heeft die opdracht aan z'n leerlingen gegeven, dit weekend geeft Hij opnieuw die opdracht, maar dan ook hier aan de mensen van Amsterdam/Amstelland.


© Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor-deken RK Amstelland
locatie H.Augustinus