Fiat voluntas tua, sicut in caelo et in terra

Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel

EEN HART ONDER DE RIEM

Vandaag vieren wij het feest van Sint Augustinus. De officiële feestdag is eind augustus. Dat is zijn sterfdag: 28 augustus 430. Augustinus werd geboren op 13 november 354. In onze Augustinusparochie vieren wij dus niet zijn sterfdatum, maar zijn geboortedatum. Augustinus heeft ons veel van zijn preken en boeken nagelaten. In 2008 zijn er nog enkele onbekende preekteksten teruggevonden, ergens in de bibliotheek van de Universiteit van Erfurt, in Duitsland. Vanuit mijn studiejaren herinner ik me nog vijf uitspraken van Augustinus:

“Rusteloos is ons hart totdat het rust in u”. Temidden van alle rusteloosheid, steekt Jezus ons vanmorgen weer “een hart onder de riem”. Terwijl ik dit opschrijf, vraag ik mij af wat die uitdrukking eigenlijk betekent. Ik heb het voor u opgezocht. Bij het woord 'riem' gaat het niet om onze buikriem. Met riem wordt de roeispaan, de roeiriem bedoeld. En deze roeiriemen draaien op een dol. En onder de dol zit een hartje van leer. Zodat de riemen makkelijk heen en weer kunnen gaan. Soms wordt het tijd een nieuw hart onder de riem te schuiven. Dan functioneert alles beter en kom je sneller vooruit. “Een hart onder de riem steken” betekent dus: zorgen dat de ander weer voldoende inspiratie en kracht krijgt om in het leven verder te roeien. En dat wil Jezus vandaag in zijn Evangelie weer doen!

In het Evangelie horen we dat God aan ons mensen veel vertrouwen geeft, als hij aan ons de toekomst en het beheer van zijn aarde toevertrouwt. Wij mogen zijn rentmeesters zijn. De ondertoon is dat God de mens vele mogelijkheden heeft gegeven. Deze parabel gaat niet over het spreekwoord “als je voor een dubbeltje geboren bent, zul je nooit een kwartje worden”. God heeft ons allemaal voldoende talenten gegeven om deze aarde be-woonbaar te maken en bewoonbaar te houden. Die talenten hebben we niet van onszelf, we hebben ze gekregen. Daarmee heeft God het lot van de wereld, en de lot van onze naasten, ook in onze handen gelegd. God investeert in mensen. Hij heeft de mensen idee‘n gegeven om zŽlf ook initiatieven te ontwikkelen. Daarmee laat God zien dat Hij vertrouwen in ons mensen heeft. Maar Hij vraagt ons wel onze talenten te gebruiken. In het Evangelie is er één man doodsbang. Hij durft zijn verantwoordelijkheid niet aan en begraaft zijn talent in de grond. Daarmee begaat hij de grootste fout van zijn leven! Dan horen we hoe juist hij van God op zijn huid krijgt. Want "niets doen" is de grootse fout die je kunt maken!

Het evangelie van de talenten wordt vaak gelezen tijdens een uitvaartmis. Dan vertellen familieleden hoe de overledene met zijn talenten heeft gewoekerd of geworsteld. Bij een begrafenis van een oude pastoor zei de voorzitter van het parochiebestuur: &rlquo;De pastoor was niet zo getalenteerd, maar hij is wel tot zijn laatste snik dicht bij God en dicht bij zijn mensen gebleven.” Is trouw dan geen talent? Of die vrouw van tachtig. Dag en nacht heeft ze klaar gestaan voor mensen die haar nodig hadden en die haar door God waren toevertrouwd. Ze vond dat heel gewoon. Maar is trouw dan geen talent? Elk mens is getalenteerd.

Groot zijn in het kleine. Ik denk aan dat Engelse parlementslid dat hooghartig tegen een afgevaardigde van de vakbond zei: “Ik geloof dat uw vader nog de schoenen heeft gepoetst van mijn vader”. De man antwoordde: “Het is niet belangrijk of hij uw vaders schoenen heeft gepoetst, maar of hij die goed heeft gepoetst!”. Het gaat er niet om of je veel talenten hebt gekregen, maar of je die talenten weet te gebruiken! En bij het woord talenten gaat het niet om verstandelijke vermogens, maar om de mate waarin mensen naar God en naar elkaar zijn gegroeid. Van mensen die hun talenten hebben kunnen vermeerderen, daar in gegroeid zijn, wordt niet verwacht dat zij op hun lauweren gaan rusten. Integendeel, ze moeten er zelfs extra tegen aan. En ook de mens die er maar half in slaagt, wordt gevraagd in de relatie met God en met elkaar te investeren. Ook zijn er mensen die geen enkele moeite doen. Zij begraven hun talent.

Op onze jaarlijks Augustinusfeest gaat het om onze parochianen, om u allemaal, maar in het bijzonder ook om al die vrijwilligers die vaak veel talenten, tijd en aandacht stoppen in het reilen en zeilen van onze Augustinusparochie. Door de week is het een komen en gaan van mensen die komen om van alles te doen. Zonder de inzet van de vrijwilligers zou elke kerk allang failliet zijn. En zij werken, zoals de eerste lezing zegt: “Met verschillende gaven, maar de Geest is een en dezelfde. Er zijn verschillende vormen van dienstverlening, maar de Heer is een en de zelfde.”
En zo heeft iedereen, zegt het Evangelie, zijn eigen talenten. En laten we die talenten gebruiken! Een feest van vrijwilligers. Elk jaar zetten we er een paar in het zonnetje. Zonder anderen tekort te doen, noemen we hun namen: mevrouw Marjolein van Tooren, mevrouw Jeanne Sondervan, mevrouw Tineke de Wilde de heer Vincent Kuin. We willen hen, en daarmee alle vrijwilligers en vrijwilligsters in het zonnetje zetten. Na de communie zal ik hen vragen om naar voren te komen om hun onderscheiding in ontvangst te nemen. Een feest van de vrijwilligers. Ik wil iedereen bedanken die onze parochie overeind houden. Wij kunnen niet zonder hen. En zeker ook niet zonder u, als onze trouwe kerkgangers.

Toen ik vanmorgen wakker werd vond ik een chocoladeletter in mijn schoen. Sinterklaas is weer in het land! Bij de chocoladeletter zat een gedicht. En dat gedicht wil ik u niet onthouden. Want natuurlijk weet de Sint ook dat wij vandaag ons Augustinusfeest vieren. Ik vond het volgende gedicht in mijn schoen:

Beste Mensen

Zonder vrijwilligers heb je als pastoor
eigenlijk geen baan,
en zouden in de Augustinuskerk
geen zangkoren meer bestaan.
Zonder u houd hij
voor de banken slechts zijn preek.
Dus wat kan elke pastoor
eigenlijk zonder u, de leek?

Wat kan er goed gaan zonder leken?
Elke pastoor was allang bezweken!
Zonder de vrijwilligers
worden geen nota's meer betaald,
worden de vuilnisbakken
niet meer opgehaald,
wordt er naar kosterswerk niet getaald.

Houdt u onze tuin niet netjes bij,
was die één grote woestenij.
En elke week en elke dag
zijn er mensen aan het werk,
in onze pastorie en fraaie kerk.
De koren zingen bijna elke dag
de sterren van de hemel,
en doen dat vaak zonder gezemel!
En ook de organisten
en dirigenten doen hun werk
in onze eigen Augustinuskerk!

Cartotheek, collectanten,
Kerkbalans, PCI, besturen,
zonder u zou dat
niet lang meer duren.
Misdienaars, lectoren en parochieblad,
Zonnebloem, bloemversieren:
daarin kwam al gauw de klad!
Boekjes kopiëren,
koffie zetten en schoonmaken:
afwassen, onderhoud, MOV
zouden al snel vergeten raken!

Maar een pastoor
kunt u ook niet missen:
wat gaat goed zonder pastores?
Wie leert u anders mores?
en redt u uit de grote sores?

Laten we eerlijk zijn:
als er geen pastoor was,
kwam er geen mens
meer onder het gras!

De meeste pastores
doen niet aan fitness,
aan zo'n uittrekapparaat.
En zij rennen niet
in korte broeken over straat.
Maar zij buigen en knielen
zich wel sterk,
want elke pastoor
trimt onder zijn werk!

Samen, parochianen,
s‡men zijn wij de Augustinuskerk.
En alleen s‡men zijn wij sterk.
d'een heeft d'ander nodig,
dan gaat het zeker goed,
met Gods zegen en heel veel levensmoed!

Blijf rustig werken,
en doet dat stevig en gedwee.
In de kerk wordt niet gesnipperd,
hebt u geen ATV.
Wel worden we allemaal ouder
en raken soms uitgeput,
maar helaas: in de kerk
kennen we geen VUT.

Er is werkeloosheid,
om redenen u bekend:
reorganisatie, fusie of faillissement.
Maar de kerk kent werkloosheid niet.
En de kerk gaat nooit failliet!

Met pastores en met leken
kun je pas echt
van samen-Augustinuskerk spreken.

Bedankt voor alles wat u hebt gedaan
in het afgelopen jaar.
En ach, en bevalt deze preek
en dit gedicht u niet,
dan drukt u thuis
toch gewoon op uw delete!

Sint en Piet

© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor-deken H.Augustinus
Amsterdam/Amstelveen