Fiat voluntas tua, sicut in cælo et in terra

Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel

EEN STRIJDBARE VROUW

Het is van dieren bekend dat ze niet op je trappen, mocht je onverhoeds voor hun voeten terecht komen. Dieren kijken uit waar ze hun poten neerzetten. Viervoeters zien onmiddellijk wat hun voor de voeten komt. Met mensen is dat anders. Mensen die zien wel zaken die verderop liggen, maar struikelen over wat vlak voor hun voeten ligt. Wat het meest nabij is, wat bijna aan ons lijf komt, zien we vaak over het hoofd. Urenlang kunnen wij praten over dingen die aan de andere kant van de wereld gebeuren: over de honger in de wereld, de vele ziektes die overal bestaan. Op een veilige afstand kun je over alles discussiëren, als het maar niet al te concreet je voor de voeten komt.

Er zitten veel zaken niet goed in de wereld, veraf en dichtbij. Voor die constatering hoef je geen pessimist te zijn: Er zijn genoeg mensen die tegenwoordig het nieuws maar uit-zetten, want het is toch allemaal maar ellende wat er op je af komt; Er bestaan talloze situaties, in heel de wereld, waar mensen in een oorlog verwikkeld zijn. Veel mensen ook die honger hebben en door ellendige ziektes overvallen worden, zoals nu met het Ebola virus. Er zijn ook in onze tijd nogal wat draken die de kop opsteken. Gespannen toestanden in Oekraïne, het Midden-Oosten, Irak en zoveel andere plekken,waar je beter maar niet kunt zijn. Draken steken daar hun kop op.

In de eerste lezing hoorden we over een vrouw 'bekleed met de zon, de maan onder haar voeten en op haar hoofd 'n kroon van twaalf sterren. Zij is zwanger en kreet in weeën en barensnood'. Maar toch is het deze vrouw die de draken van deze wereld kan verslaan: de draak van de honger, het spook van de milieuvervuiling, het spook van de oorlogen. De draken alle haat, geweld en dreigende ondergang. En alles wat drakentanden heeft, woord van de Heer, komt slechts halverwege.

Het beeld van de strijdende vrouw is het beeld van de geschiedenis van God met de mensen. Deze geschiedenis staat vaak dwars op de geschiedenis van mensen. Het is het verhaal van het mosterdzaadje, het kleine beetje gist, van de graankorrel in de donkere aarde. De geschiedenis van God is ook de geschiedenis van een onbekend meisje, geboren in een uithoek van de wereld, Maria, het meisje uit Nazareth: "Zie de dienstmaagd des Heren. Hij heeft neergezien op de kleinheid van zijn dienstmaagd". En dan volgt het prachtige Magnificat, het lied van Gods revolutie. Een revolutie die heel anders is dan onze menselijke revoluties, waarbij vaak alleen maar de bordjes worden verhangen: een ordinaire wisseling van de macht, waarbij de kleinen van vandaag de onderdrukkers van morgen zijn.

Op het eerst gezicht lijkt het Magnificat vandaag hetzelfde te doen: "Trotsen van hart slaat Hij uiteen en verheft de geringen. Heersers ontneemt Hij de troon. Hongerigen overlaadt Hij met gaven en rijken stuurt Hij weg met lege handen". Maar toch gaat het vandaag niet om een ordinaire wisseling van de macht. Het gaat om een omkering van alle waarden. Want zo gauw de onderdrukten macht krijgen, staat God weer aan de kant van de verdrukten. Hij blijft kiezen voor de zelfkant van het leven: waar de slagen terecht komen.

Wat de Eeuwige met de wereld doet, is geen statisch gebeuren. Een vrouw die de woestijn in vlucht, kan het beeld zijn van een kerk die verdwijnt in de catacomben, of moet vertoeven in een wereld, waarin haar stem nog nauwelijks wordt gehoord, zoals men tevergeefs om hulp roept in die eindeloze Sahara. Het is goed om te bedenken dat we in de eerste lezing niet horen over de Tenhemelopneming van Maria, maar over een vrouw die met haar pasgeboren kind op weg is naar de woestijn. "Zie de dienstmaagd des Heren, mij geschiede naar Uw Woord. En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons zijn intrek genomen".

Het onverwoestbare profetische geloof van Maria mag ook óns geloof worden, telkens wanneer wij de draken in onze wereld verslaan. En bedenken we dan, dat draken niet alleen aan de andere kant van de wereld leven, de draken zijn midden onder ons, ook in ons eigen hart! Het is de nooit aflatende strijd tegen de draken van jaloezie en hebzucht, van geweld en ruzie. Het geloof dat draken bestreden kunnen worden, heeft Maria op de been gehouden. Om haar geloof is zij ten hemel opgenomen. In haar geloof mogen ook wij delen.


© Pater Ambro Bakker s.m.a.
Pastoor-deken RK Amstelland
Locatie H.Augustinus